Gisterenavond (18 februari 2021) gekeken naar het live verslag van de controle kamer van de Nasa waar het ruimtevaartuig InSight succesvol is geland op Mars.
Kijkende naar dit ‘spektakel’ (live stream zelf was wat saai met beelden van wetenschappers achter hun monitoren) waarbij binnen 10 minuten waren de eerste foto’s van Mars binnen in het luchtleidingscentrum.
Een goed verslag van deze landen vind je in een artikel van het AD: “Marslanding gelukt: Nasa’s Insight heeft Mars bereikt“
Ik realiseerde mij gisteren welke enorme wetenschappelijke en technologische inspanning geleverd is om dit te realiseren. En ik realiseerde mij ook dat dergelijke prestatie alleen tot stand kunnen worden gebracht (naast financiering met bijna onbeperkte budgetten) als de technici en wetenschappers open en zonder vooroordelen en dogma’s oplossingen vinden en theorieën ontwikkelen waarmee alle hindernissen worden opgelost.
Want met dogma’s en wetenschappelijke vooroordelen komt er geen ruimtevaartuig op mars!
Het is dus een triomf van de menselijke rede en het bewijs waar een open samenleving waarin die rede in onbevooroordeelde discussies toe kan leiden.
Een een gesloten samenleving, en daar zijn vele goede gedocumenteerde voorbeelden van waarbij je alleen maar hoeft te denken aan de technologische en economische vooruitgang van de burgers in het Vrije Westen (vroeger – niet perfect – maar wel de meest open samenlevingen op aarde), waarbij het geluk en voorspoed – toen – van gesloten samenlevingen zoals de Sovjet-Unie (Desastreus landbouwhervormingen), China (onwetenschappelijke theorieën over voedsel productie), Oost-Europa (niet in staat hun productieprocessen te rationaliseren) zeer achterliepen.
Hoe je dit proces, gestuwd door technologische ontwikkelingen, wetenschappelijk kan onderbouwen vindt je in het Opus Magnus van de Nederlandse Filosoof Wim Rietdijk: “The Scientifization of Culture” (1994).
Dit heeft als consequenties dat de weg die de westerse samenlevingen nu aan het afleggen zijn naar een gesloten totalitaire samenleving dat armoede, hongersnood, kou lijden, en geestelijke onderdrukking op de loer liggen, want die samenlevingen zijn niet in staat om de menselijke rede nog effectief in te zetten bij het oplossen van de onvermijdelijke problemen waarmee iedere samenleving geconfronteerd kan worden.
Dat zal de consequenties zijn van de roep om maatschappelijke relevantie van wetenschappelijk onderzoek, de maat nemen van de juiste politieke opvattingen van een onderzoeker en het inzetten van onderzoeksgeld op alleen die onderwerpen die de zegeningen van de opvattingen van de huidige intellectuele elite moeten bevestigen. Al dan niet via gemanipuleerde en frauduleuze onderzoekingen door met de zittende machthebbers gecorrumpeerde onderzoekers en journalisten (want die moeten natuurlijk over de prachtige uitkomsten van dat onderzoek vol kont doen!
Want wat de maatschappelijke relevantie van (wetenschappelijk) onderzoek is, wordt natuurlijk bepaald door die elite die de geldstromen beheersen. Daarmee wordt zonder dat de burger dat door heeft een goed uitgangspunt “maatschappelijke relevantie”, wie kan daar tegen zijn!?, een machtsmiddel van de heersende (politieke en intellectuele) elite voor propaganda en onderdrukking.
Natuurlijk hebben totalitaire regimes wetenschap en technologische ontwikkelingen nodig om zich staande te houden. Die benodigde vooruitgang kan natuurlijk ‘gekocht’ worden bij briljante geesten, die sympathie hebben of fingeren dat te hebben voor de politieke filosofieën van de elite, en die in afgezonderde omgevingen (waar hen aan niets zal ontbreken) hun talenten gecontroleerd kunnen botvieren.
Want verder houden totalitaire regimes niet van vrijzinnigheid!